![](https://i0.wp.com/www.healthcareitnews.com/sites/default/files/companion_images/bluebutton.png)
In het ziekenhuis stellen ze vragen. Steeds maar weer diezelfde vragen. Wat is uw naam, geboortedatum en gewicht? Welke medicijnen gebruikt u? Wie is uw huisarts? En dat is nog maar het begin. Want daarna komt de vragenlijst om de vermeende ziekte of aandoening in kaart te brengen. Prima natuurlijk. De arts wordt geacht om goed in kaart te brengen wat er aan kan mankeren en wat vooral niet. Het nauwkeurig uitvragen van de patiënt is dan ook één van de dingen die een arts heel goed moet kunnen.
Ik mocht deze week een dagdeel meedraaien met een specialist van het Radboud UMC in Nijmegen. Daar zat ik bij een hele rij consulten. Wat mij, als informatieprofessional, op viel was de geroutineerde manier waarop patiënten de vragen beantwoorden. Ze hadden het hele rijtje al zo vaak opgehoest, sommige patiënten liepen bij zes of zeven zorgprofessionals, dat het er als een “aap, noot, mies” uit kwam. En de specialist maar typen. Alles werd vastgelegd in het computersysteem van het ziekenhuis. Alsof de gegevens voor het eerst gevraagd werden.
Dat kan natuurlijk veel beter. Lees verder